Menu
Het Vee
6.121. En eet niet van hetgeen, waarover de naam van Allah niet is uitgesproken, want dat is zeker ongehoorzaamheid. En de bozen sporen hun vrienden aan opdat zij met u mogen redetwisten. Als gij hen gehoorzaamt zult gij inderdaad afgodendienaren zijn.
6.122. Is hij, die dood was en wie Wij het leven gaven en voor wie Wij een licht maakten waardoor hij onder de mensen wandelt, gelijk aan hem, wiens toestand zodanig is dat hij in de duisternissen verblijft waaruit hij niet kan wegkomen? Zo werd voor de ongelovigen schoonschijnend gemaakt hetgeen zij deden.
6.123. En zo hebben Wij in elke stad de groten tot haar schuldigen gemaakt zodat zij er in samenspannen en zij smeden slechts tegen hun eigen ziel, maar zij bemerken het niet.
6."124. En wanneer er tot hen een teken komt, zeggen zij: ""Wij zullen niet geloven voordat ons hetzelfde is gegeven als hetgeen Allah's boodschappers is gegeven."" Allah weet het beste waar Zijn boodschapte plaatsen. Vernedering bij Allah en een strenge straf zal de overtreders voorzeker treffen, wegens hetgeen zij beramen."
6.125. Wie Allah ook wenst te leiden, Hij verruimt zijn hart voor de Islam en wie Hij wenst te laten dwalen, zijn hart maakt Hij eng en gesloten alsof hij een hoogte aan het beklimmen was. Zo legt Allah degenen die niet geloven, onreinheid op.
6.126. En dit is het rechtleidende pad van uw Heer. Wij hebben de tekenen inderdaad verduidelijkt voor een volk dat er lering uit wil trekken.
6.127. Voor hen is het Huis van Vrede (het Paradijs) bij hun Heer en Hij is hun Vriend, wegens hetgeen zij doen.
6."128. De Dag, waarop Hij hen allen tezamen zal verzamelen, (zal Hij zeggen): ""O, gezelschap van djinn, gij hebt een grote hoeveelheid mensen tot u getrokken."" En hun vrienden onder de mensen zullen zeggen: ""Onze Heer, wij hebben van elkander geprofiteerd, maar nu hebben wij de termijn welke Gij voor ons hebt vastgesteld bereikt."" Hij zal zeggen: ""Het Vuur is uw tehuis waarin gij zult vertoeven, behalve wat Allah moge behagen."" Voorzeker, uw Heer is Alwijs, Alwetend."
6.129. En op dezelfde wijze maken Wij sommigen der onrechtvaardigen tot vrienden voor de anderen, voor hetgeen zij verdienen.
6."130. O, gezelschap van djinn en mensen. Kwamen er niet uit uw midden boodschappers tot u die u Mijn tekenen verhaalden en die u voor de ontmoeting van deze Dag waarschuwden? Zij zullen zeggen: ""Wij getuigen tegen onszelven."" Het wereldse leven bedroog hen. En zij zullen tegen zichzelf getuigen, dat zij ongelovigen waren."
6.131. Dit komt, omdat uw Heer de steden niet onrechtvaardig wilde vernietigen, terwijl de mensen er van onbewust waren.
6.132. En er zijn voor allen graden overeenkomstig hetgeen zij doen en uw Heer is niet onopmerkzaam jegens hetgeen zij doen.
6.133. En uw Heer is Onafhankelijk, Barmhartig. En als Hij het wil, kan Hij u wegnemen en u doen opvolgen wie Hij wil, zoals Hij u uit het nageslacht van andere mensen deed ontstaan.
6.134. Hetgeen u is beloofd, zal voorzeker geschieden en gij kunt het niet voorkomen.
6."135. Zeg: ""O mijn volk, handel naar uw vermogen, ik handel ook. Gij zult weldra weten voor wie de uiteindelijke beloning van het tehuis zal zijn."" Waarlijk de onrechtvaardigen slagen nooit."
6."136. En zij hebben Allah een deel van de oogsten en van het vee aangewezen, dat Hij heeft voortgebracht en zij zeggen: ""Dit is voor Allah en dit is voor onze goden,"" zoals zij het zich denken. Maar hetgeen voor hun afgoden is, bereikt Allah niet, terwijl hetgeen voor Allah is, hun afgoden wel bereikt. Slecht is hetgeen zij oordelen."
6.137. Op dezelfde manier hebben voor velen der afgodendienaren hun afgoden het doden hunner kinderen schoonschijnend gemaakt, opdat zij hen mogen vernietigen en verwarring in hun godsdienst doen ontstaan. En als Allah het wilde, zouden zij dit niet hebben gedaan, laat hen daarom met rust met hetgeen zij verzinnen.
6."138. Zij zeggen: ""Dit en dat vee en die en die oogsten zijn verboden, niemand zal er van eten, dan wie het ons belieft"" - alzo beweren zij - en er is vee, welks ruggen verboden zijn en er is vee, waarover zij de naam van Allah niet uitspreken en zij bedenken een leugen over Hem. Hij zal hen weldra vergelden, hetgeen zij verzinnen."
6."139. En zij zeggen: ""Hetgeen in de baarmoeders van dit en dat vee is, is uitsluitend voor onze mannen en is onze vrouwen verboden, maar als het dood geboren wordt hebben zij allen er deel aan."" Hij zal hen naar hun bewering belonen. Voorzeker, Hij is Alwijs, Alwetend."
6.140. Zij, die hun kinderen door gebrek aan kennis uit domheid doden en hetgeen, waarvan Allah hen heeft voorzien, onwettig maken, een leugen over Allah smedende, zijn inderdaad afgedwaald - noch kunnen zij recht geleid worden.
Buscar en el Corán
Acceso suras
Acceso Versos