81.1.1. Wanneer de zon wordt omhuld,
81.2.2. En wanneer de sterren dof worden,
81.3.3. En wanneer de bergen verdwijnen,
81.4.4. En wanneer de drachtige kamelen worden verlaten,
81.5.5. En wanneer de dieren worden bijeengegaard,
81.6.6. En wanneer de zeëen worden geledigd,
81.7.7. En wanneer de mensen worden verenigd,
81.8.8. En wanneer er over het gedode kind (verantwoording) zal worden gevraagd
81.9.9. Voor welke misdaad het gedood werd,
81.10.10. En wanneer geschriften worden verspreid,
81.11.11. En wanneer de Hemel wordt opengelegd,
81.12.12. En wanneer de hel wordt ontstoken,
81.13.13. En wanneer het paradijs nabij wordt gebracht,
81.14.14. Dan zal ieder ziel weten wat zij heeft voorbereid.
81.15.15. En Ik roep tot getuige datgene wat terugkeert,
81.16.16. Zijn loop volgt en ondergaat,
81.17.17. En de nacht wanneer deze heengaat.
81.18.18. En de dageraad als deze aanbreekt.
81.19.19. Dat is voorzeker de boodschap van een edele boodschapper,
81.20.20. Vol van macht, bevestigd door de Heer van de Troon,