Menu
De Koe
2.281. En vreest de dag, waarop gij tot Allah zult worden teruggebracht, dan zal aan elke ziel ten volle worden betaald hetgeen zij heeft verdiend, en onrecht zal hen niet worden aangedaan.
2.282. O, gij die gelooft, wanneer gij van elkander leent voor een vastgestelde periode, schrijft het dan op. Laat een schrijver het naar waarheid in uw bijzijn optekenen en geen schrijver moet weigeren, te schrijven, zoals Allah hem heeft onderwezen, laat hem daarom schrijven en laat de schuldenaar dicteren en hij moet Allah, zijn Heer vrezen en niets daaraan afdoen. Maar, indien de schuldenaar weinig verstand heeft, of zwak is, of zelf niet kan dicteren, laat dan zijn zaakwaarnemer eerlijk dicteren. En roept van onder uw mannen twee getuigen en als er geen twee mannen zijn, dan één man en twee vrouwen van degenen, die u als getuigen aanstaan, zodat, wanneer één der twee vrouwen zich zou vergissen, de ene de andere indachtig moge maken. En de getuigen mogen niet weigeren, wanneer zij worden gedaagd. En wordt het schrijven niet moe, of het weinig of veel zij, betreffende de vervaltijd. Dit is in Allah's ogen eerder rechtvaardig, het maakt het getuigenis zekerder en weerhoudt u van twijfel. Maar wanneer het contante handel is, die gij onderling drijft, zal het geen blaam voor u zijn, als gij het niet neerschrijft. En hebt getuigen, wanneer gij aan elkander verkoopt en de schrijver en de getuigen mag geen leed worden aangedaan. En indien gij zulks doet, zal het zeker overtreding van u zijn. Vreest Allah. Allah schenkt u kennis en Allah weet alle dingen goed.
2.283. En indien gij op reis zijt en geen schrijver vindt, laat er dan een onderpand voor worden gegeven. En indien één uwer de ander iets toevertrouwt, laat dan degene aan wie het toevertrouwd is, het toevertrouwde teruggeven en laat hem Allah zijn Heer vrezen. Verbergt geen getuigenis, en wie dat wel doet diens hart is zeker zondig en Allah weet goed, wat gij doet.
2.284. Aan Allah behoort wat in de hemelen en wat op de aarde is, en indien gij openbaart hetgeen in uw innerlijk is of het verborgen houdt, Allah zal u er rekenschap voor vragen, dan zal Hij vergeven wie Hij wil en straffen, wie Hij wil. Allah heeft macht over alle dingen.
2."285. Deze boodschapper gelooft in hetgeen hem van zijn Heer is geopenbaard en ook de gelovigen, allen geloven in Allah, Zijn engelen, Zijn boeken en Zijn boodschappers, zeggende: ""Wij maken geen verschil tussen Zijn boodschappers"", en zij zeggen: ""Wij hebben gehoord en gehoorzaamd, Heer, wij vragen U vergiffenis en tot U is (onze) terugkeer."""
2."286. Allah belast geen ziel boven haar vermogen. Voor haar is wat zij verdient en tegen haar is ook wat zij verdient. ""Onze Heer, straf ons niet als wij vergeten of een fout hebben begaan, Heer, en belast ons niet, zoals Gij degenen, die vóór ons waren hebt belast, onze Heer belast ons niet met datgene, waarvoor wij de kracht niet hebben (het te dragen), wis onze fouten uit en schenk ons vergiffenis en wees ons barmhartig, Gij zijt onze Meester, help ons daarom tegen het ongelovige volk."""
Buscar en el Corán
Acceso suras
Acceso Versos